Er komt geen tender busvervoer voor Den Haag en Rotterdam. Tot 2034 verzorgen De Haagse Tram Maatschappij (HTM) en de Rotterdamse Elektrische Tram (RET) het busvervoer ter plaatse. Dit verwonderlijke besluit is genomen door de 23 gemeenten in de regio Rotterdam-Den Haag. Zonder een tender busvervoer is tot deze zeer langlopende concessie besloten.
De te verlenen concessies voor het busvervoer gaan pas in op 1 januari 2020. De details moeten nog worden vastgelegd. Het gunningsbesluit van de niet gehouden tender busvervoer wordt beoogd in 2018 te nemen. Dit sluit aan op het eerdere besluit in 2016 om ook het railvervoer niet te tenderen voor de regio. De metro en tram vallen onder de concessie railvervoer welke voor 10 jaar aan de HTM en RET is gegund.
Tender busvervoer of streekvervoer
Tenderen streekvervoer is verplicht voor de te verlenen concessies. De vier grote steden in Nederland zijn bij we ontheven uit deze verplichting. Zij zijn niet verplicht om een aanbesteding streekvervoer uit te schrijven.
De vorige tender streekvervoer kende in Den Haag een geldelijke bovengrens. De tender bovengrens bedroeg € 27 miljoen en werd gewonnen door HTMBuzz. Overigens waren andere marktpartijen niet blij met de gestelde bovengrens in de aanbesteding. Zij waren van mening dat de prijs te laag was voor de te verlenen diensten.
Milieu tenderafspraken
Wat al wel vastligt zijn de milieudoelstelling in de concessie. Het volledige busvervoer moet vanaf 2023 vrij zijn van uitstoot. Hierbij is wel bedongen dat de prijzen van HTM en RET marktconform zijn.
De vervoersmaatschappijen zullen geleidelijk overgaan op elektrische en hybride bussen. Er zal eerst een proef worden gestart met elektrische bussen. Het opladen van de bussen gebeurd via de bestaande bovenleidingen van de tram.
Staatsbedrijven met voorkeurspositie
De tender busvervoer kan wel eens niet zijn gedaan om marktpartijen buiten de deur te houden. De HTM en RET zijn immers (in)direct staatsbedrijven. Hoewel partijen het wettelijk recht hebben om geen aanbesteding uit schrijven is het de vraag of dit een verstandige houding is. Op deze manier kan niet worden vastgesteld of er sprake is van marktconforme tarieven. Hoewel de combinatie met milieu doelstellingen een goede stap is, is de doorlooptijd naar 2030 wel heel lang.